
Advocatenkantoor | Law firm
Vrijheid van kopie
Onder het “Ancien Régime” (het Europa van voor de Franse revolutie) kon men een activiteit slechts uitoefenen wanneer men toegelaten werd tot de desbetreffende gilde. Om meubels te maken diende men bij de gilde van de timmerlui te zijn aangesloten, enkel gildebakkers mochten brood bakken, enzovoort.
​
Dit systeem van privileges en gildewezen, was één van de grote strijdpunten van de Franse revolutionairen in 1789. Waar de Franse revolutie liberté, égalité, fraternité bracht op politiek maatschappelijk vlak, trok het decreet d’Allarde deze vrijheid in 1791 door op economisch vlak. Dit decreet maakte komaf met de gilden en verschafte iedereen economische vrijheid:
​
“Te rekenen van de afkondiging van deze wet, staat het aan eenieder vrij, naar goeddunken elke handel te drijven of elk beroep, bedrijf of ambacht uit te oefenen” (Decreet 2-17 maart 1791 tot afschaffing van het gildewezen).
​
Dit decreet uit de Franse revolutie tot vandaag de dag in België nog steeds geldend recht! De erin verwoorde vrijheid van handel en nijverheid vormt één van de hoekstenen van onze economie.
​
Vrijheid van handel en nijverheid heeft een belangrijke uitloper: de vrijheid van kopie. Om de handel te kunnen drijven die men wil, is het noodzakelijk dat men het recht heeft om de voorbeelden van anderen te volgen en deze te kopiëren. Dit recht tot kopiename is zeer ruim, al dient zij binnen de (wet op de) eerlijke marktpraktijken te gebeuren.
​
Het beginsel van vrijheid van kopie (van software of andere werken) wordt slechts beperkt door de wettelijk voorziene uitzonderingen. Maar dergelijke wettelijke uitzonderingen zijn royaal aanwezig. Voorbeelden zijn het verder in dit hoofdstuk besproken auteursrecht, databanken, patenten en merken. Deze rechten geven aan de houder ervan een monopolie (exclusief recht) dat hem een bescherming biedt tegen kopiename door derden. De aard van deze bescherming en de uitgebreidheid ervan hangt af van het recht waarover men beschikt.